Sport, eet… slaap, repeat!

1. Breng regelmaat in je leven

Zet je biologische klok op scherp! Hoe? Door elke avond rond dezelfde tijd te gaan slapen, en iedere ochtend rond dezelfde tijd op te staan. Ook in het weekend. Een vast ritme zorgt ervoor dat je sneller in slaap valt, omdat je lichaam weet ‘dat het bedtijd is’.

2. Zorg dat je moe bent als je naar bed gaat

Zet je hoofd én je lijf flink aan het werk overdag. Dan ben je ’s avonds moe. Hard werken, wandelen, sporten, puzzelen; allemaal heel goed om zowel lichaam als geest te vermoeien.Nog niet moe genoeg als het bedtijd is? Lees wat voor je gaat slapen. Lezen is heel vermoeiend voor je ogen, na een paar bladzijdes vallen ze bijna vanzelf dicht.

3. Maak de slaapkamer donker

Licht zorgt voor de aanmaak van serotonine. Dit stofje houdt je wakker. Als het donker wordt, zet je lichaam serotonine om naar melatonine: het slaaphormoon.

4. Regel jezelf een goed bed

Gemiddeld slaap je ongeveer één derde van je leven. Daar kan je maar beter het beste van maken. Zorg voor een matras en een kussen dat bij jouw smaak en (slaap)houding past; het draagt écht bij aan een betere nachtrust. Tegenwoordig kun je zelfs kussens kopen die je houding verbeteren, zodat je minder snurkt, of minder last krijgt van je nek, schouders of rug.

5. Verban elektrische apparaten uit de slaapkamer

Tv’s, smartphones en laptops zorgen voor heel veel afleiding. Die ‘Vooruit-nog-één-aflevering mentaliteit’ is niet bepaald bevorderlijk voor je slaapuurtjes. Zulke apparaten geven ook blauw licht: dit beperkt de aanmaak van melatonine, een stofje dat je slaperig maakt. Teveel blauw licht in je omgeving zorgt ervoor dat je moeilijker in slaap valt.

6. Eet geen suiker voor het slapen, het liefst zelfs niets

Snelle koolhydraten verhogen je bloedsuikerspiegel. Dit voelt als een boost van energie. En die kun je precies niet gebruiken als je gaat slapen. Wel nog trek? Je slaapt beter als je maag niet rommelt. Neem bijvoorbeeld eiwitten, zoals een bakje yoghurt. Of een volkoren cracker met kaas.

7. Stop op tijd met drinken

Voldoende drinken is heel belangrijk. Maar toch is het slim om zo’n twee uur voor je gaat slapen niets meer te drinken. Zo voorkom je dat je er ’s nachts uit moet voor een ‘plaspauze’. Stop liefst al eerder met cafeïnehoudende drankjes, het duurt namelijk zo’n 6 uur voordat cafeïne uit je lichaam is. Eindig je dag bijvoorbeeld met een kop kruidenthee, dat helpt je ontspannen. Een borrel helpt je ook sneller inslapen, máár zorgt er ook voor dat je onrustiger slaapt. Als de kwaliteit van je slaap slecht is, word je niet uitgerust wakker. Kijk dus ook uit met dat welbekende ‘slaapmutsje’.

Zomaar wat dingen waar je rekening mee kunt houden als nachtrust wel een boost kan gebruiken. Natuurlijk kan ik je helpen met nóg meer tips om je extra fit te voelen. Meer weten? Neem contact met ons op.